Home | Contact | Mijn account | RSS | |
|
... meer over dierenwelzijnWerkgroep Dier BewustDierenwelzijn krijgt steeds meer aandacht. (Extreme) gevallen van dierenleed halen het nieuws en veroorzaken grote publieke verontwaardiging. Toch gebeurt er over het algemeen nog te weinig om dieren een goed leven te bezorgen. Sterker nog, de intensieve veehouderij neemt toe en het welzijn van dieren kent sinds kort een nieuwe bedreiging uit onverwachte hoek: dieren worden steeds meer gezien als milieuvervuilers en overbrengers van ziekten – terwijl de maatschappij zelf daar het milieu voor creëert. Natuurlijk gedrag In onze maatschappij leven dieren nog nauwelijks in hun natuurlijke omgeving. Zij moeten zich aanpassen aan de leefomgeving die de mens voor hen heeft gecreëerd. En hoewel veel dieren meesters zijn in aanpassing, heeft ieder dier basale behoeften die hij nooit kwijt zal raken. Voorbeelden zijn behoefte aan beweging, sociaal contact met soortgenoten, aan passend voedsel, enzovoort. Voeding, verzorging, huisvesting en de manier van omgaan hebben een enorme impact op hoe het dier zich voelt. Een dier dat een groot deel van zijn basale behoeften niet kan vervullen, kan geen prettig leven hebben. Het raakt in de stress, daardoor vermindert de levensverwachting en krijgt het dier gezondheidsproblemen, reeds vanaf jonge leeftijd. Individuen Vaak worden dieren beschouwd als productiefactoren of op zijn best wezens voor het plezier van de eigenaar. Ieder dier heeft echter een eigen, individueel bewustzijn. Een dier heeft emoties, ervaart pijn, kan zich vervelen of gefrustreerd raken. Of juist lekker in zijn vel zitten. Los van de (belangrijke) morele vraag of dieren recht hebben op een prettig leven, is een kwalitatief goed leven ook essentieel voor de vitaliteit van de voedingsmiddelen die dieren produceren. Slechte leefomstandigheden, stress en ziekte hebben hun weerslag op het energiesysteem en dus op de vitaliteit van bijvoorbeeld het vlees en de melk. Huisdieren, klein of groot, ontwikkelen vaak ziekten en gedragsproblemen als hun levensomstandigheden niet goed zijn. Zorgelijke ontwikkelingen Ondanks alle aandacht voor dierenleed gaat het nog niet de goede kant op. Individuele gevallen leiden tot veel verontwaardiging in de media, maar ondertussen groeit de intensieve veehouderij gewoon door, net als het leed onder de landbouwhuisdieren. Bovendien ontstaat er bijna ongemerkt een competitie tussen dierenwelzijn en milieu, met enkele zorgelijke ontwikkelingen die veel dierenleed veroorzaken als gevolg. Een aantal willekeurige voorbeelden: • Het ministerie van Landbouw lijkt ‘duurzaam’ gelijk te stellen aan ‘ammoniakemissie’ en vindt dat we dieren het beste intensief op een kleine ruimte kunnen houden, omdat zo betere luchtzuivering mogelijk is. • Koeien in de wei zouden slecht zijn voor het milieu; steeds meer koeien staan het hele jaar binnen. • Dierenwelzijn wordt afgemeten aan Brusselse regelgeving. Zo stelt Brussel dat er 39 kilo kip (!) op een vierkante meter past (het gaat hier echt om levende kippen!). De Nederlandse overheid heeft een aantal extra ´welzijns´maatregelen bedacht zodat het aantal kilo per vierkante meter naar 44 opgeschroefd kan worden. Terwijl voldoende ruimte een van de belangrijkste welzijnsgraadmeters is. Deze dieren verkeren dus constant in stress. • Eigenaren zijn verplicht hun dier te chippen terwijl al bekend is dat dit geen echt betrouwbare methode is én terwijl er diervriendelijke en betrouwbaardere methoden voorhanden zijn. • De term ‘diervriendelijke dodingsmethoden’ spreekt voor zich. Het kan diervriendelijker Iedere diersoort heeft zijn eigen natuurlijke behoeften. Toch zijn er algemene richtlijnen te geven voor een minimaal dierenwelzijn: • Geef het dier voldoende ruimte om zijn natuurlijke gedrag te vertonen. • Sluit in de verzorging zo goed mogelijk aan op de natuurlijke behoeften van het dier (bijvoorbeeld natuurlijk voer dat minimaal is bewerkt en voldoende structuur heeft, genoeg mineralen, voer waar ze lang mee bezig zijn, een gevarieerd voeraanbod zodat ze zelf kunnen kiezen wat ze nodig hebben). • Geef dieren de gelegenheid om sociaal te zijn met soortgenoten. Let daarbij op de groepsgrootte zoals die in niet-gedomesticeerde omstandigheden gangbaar is. • Behandel het dier met respect; persoonlijke aandacht en contact verminderen stress bij het dier. Koeien met een naam presteren bijvoorbeeld beter dan koeien met een nummer. • Voorkom ingrepen in de lichamelijke integriteit om meer dieren in een kleine ruimte te kunnen houden. Dus niet snavelkappen, leewieken, couperen, onthoornen enzovoort. • Streef naar het gebruik van natuurlijke middelen om ziekte te voorkomen en het zelfgenezend vermogen te stimuleren. • Een optimaal dierenwelzijn hoort voor te op maximale productie en bijvoorbeeld sportieve prestatie. De consument De consument heeft direct invloed op het welzijn van dieren. Door alleen producten te kopen van dieren die een fatsoenlijk leven hebben gehad zal er steeds meer aandacht komen voor het welzijn van landbouwdieren. Veel moeite hoeft dat niet te kosten. Sommige supermarkten hebben een (bescheiden) aanbod van diervriendelijke producten, groene slagers en groene winkels zijn in veel gemeenten te vinden. Steeds meer boeren leveren duurzame en diervriendelijke producten vers van het land direct aan de gebruiker. Dat maakt de eerste stap naar diervriendelijk consumeren eigenlijk heel simpel. Communicatie Bij de (kleine) huisdieren zien we een ontwikkeling, zij het nog op kleine schaal, waarbij de eigenaar zich steeds meer verdiept in het (werkelijke) wezen van het dier. Men zoekt naar passende voeding, leefomstandigheden en verdieping van de communicatie met het dier. Paarden worden bijvoorbeeld ingezet bij communicatiecursussen voor managers. Ook helpen zij mensen met autisme om beter te communiceren en weten zij vaak door te dringen bij mensen die ontspoord zijn. Deze manier van werken met dieren leidt tot waardering en respect voor de communicatieve en intuïtieve vaardigheden van het dier. Bewustzijn De Werkgroep Dier Bewust wil meer mensen bewust maken van de manier waarop de maatschappij in Nederland met het gros van de dieren omgaat. Als iedereen de ogen sluit voor de bioindustrie, blijft het leed immers groot. Dit terwijl consumenten een enorme tegenkracht op gang kunnen brengen. Zodra de consument diervriendelijke producten eist en daar een fatsoenlijke prijs voor wil betalen, heeft de industrie nog maar één keus: de omstandigheden verbeteren! Geen mens creëert bewust dierenleed; het is vaak een kwestie van onwetendheid. De werkgroep Dier Bewust wil mensen hiervan bewust maken en kennisbronnen aanreiken die bijdragen aan een beter leven voor alle dieren. |
|
|||||||||||||
|
|
|